Asymmetrie en Bewegingsvoorkeur
Bij een vluchtige blik lijken de linker en rechter lichaamshelft sprekend op elkaar. Zo ook de botten van het linker en rechter been. In werkelijkheid zijn alle botten zeer verschillend. Zelfs de gewrichtjes links en rechts op één wervel verschillen van vorm. Beweeg, om dit te illustreren, met uw muis over afbeelding 1. Ondanks deze asymmetrische ontwikkeling kan het functioneren van het lichaam als geheel toch symmetrisch ogen: bij hurken of ‘recht’ opstaan uit een stoel. Maar eigenlijk maakt u in uw linker en rechter been niet exact dezelfde beweging. Zo kan het aandeel dat uw linker heupgewricht hierbij levert groter of kleiner zijn dan het rechter heupgewricht, indien bijvoorbeeld de lage rug in staat is dit verschil te compenseren.
Zo kan de ene variatie de andere variatie opheffen. Een wervel die ‘uit het lood’ lijkt te staan kan deel uit maken van een rug die probleemloos functioneert en elders deze zogenaamde ‘standsafwijking’ compenseert. En zo levert elke variatie zijn bijdrage aan het functioneren van het lichaam als totaal. Zie afbeelding 2.